Jubileumfeest en skireis zijn verstrekkingen die tot loon behoren

Een door een BV georganiseerd jubileumfeest en skireis zijn verstrekkingen die tot het loon behoren, en de eindheffing daarover is terecht in de aangifte loonheffingen opgenomen. Dat deze activiteiten bijdragen aan de employer branding van de BV maakt dit niet anders, oordeelt de rechtbank Noord-Nederland.
Een BV detacheert financiële professionals in zowel specialistische als managementrollen. De BV geeft in 2023 voor haar werknemers een feest in verband met haar tienjarig jubileum. Het jubileumfeest betreft een avondvullend programma met diner en afsluitende borrel. Daarnaast verzorgt de BV een jaarlijkse skireis voor haar werknemers en voor werknemers uit andere onderdelen van het concern. De vijfdaagse skireis bestaat uit drie volle dagen skiën of snowboarden, met voldoende ruimte voor après-ski.
De kosten van het jubileumfeest bedroegen voor de BV € 35.724,98 , de werknemers hoefden niets bij te dragen. Van de totale kosten van de skireis die € 14.731,50 bedroegen nam de BV een bedrag van € 9.368,- voor haar rekening, de overige kosten zijn betaald door de werknemers die hebben deelgenomen aan de skireis.
Overschrijding vrije ruimte WKR
De BV neemt in haar aangifte loonheffingen over het tijdvak januari 2024 een bedrag van € 73.713,- aan eindheffing op in verband met overschrijding van de vrije ruimte voor de werkkostenregeling voor het jaar 2023. Het bedrag van € 36.075,- bestaat onder meer uit 80% eindheffing over de genoemde kosten van het jubileumfeest en de skireis voor zover die voor rekening van de BV zijn gekomen. De BV maakt vervolgens bezwaar tegen de afdracht, maar de inspecteur verklaart het bezwaar tegen de afdracht ongegrond.
In de zitting voor de rechtbank Noord-Nederland, waar het beroep, dient stelt de BV dat de kosten van het jubileumfeest en de skireis niet moeten worden aangemerkt als loonkosten die in de WKR thuishoren, maar als marketing- en wervingskosten. De BV voert daartoe aan dat werkgevers door de veranderende maatschappij en krapte op de arbeidsmarkt moeten laten zien dat zij aantrekkelijk zijn.
Employer branding
Waar dit vroeger bijvoorbeeld werd gedaan met een advertentie in de plaatselijke krant, is tegenwoordig een andere vorm van marketing of ‘employer branding’ nodig. Het jubileumfeest en de skireis zijn dergelijke vormen van employer branding’ volgens de BV. De BV is van mening dat de, al oude, loonheffingswetgeving aan deze maatschappelijke ontwikkelingen moet worden getoetst. Tenslotte is de BV van mening dat het jubileumfeest en de skireis in een onderneming met steeds meer nieuwe werknemers ook bijdragen aan integratie en aan het mentale welzijn van de werknemers.
Volgens de inspecteur verstrekt de BV met het jubileumfeest en de skireis voordelen aan haar werknemers en bestaat er een causaal verband tussen die voordelen en de dienstbetrekking en daarom is volgens hem sprake van loon. De BV erkent dat het jubileumfeest en de skireis voordeel opleveren voor haar werknemers en dat dat ook de bedoeling is, omdat deze activiteiten tot doel hebben het werken bij de BV aantrekkelijker te maken.
De rechtbank overweegt dat loon al hetgeen is wat uit een dienstbetrekking wordt genoten, daaronder mede begrepen wat wordt verstrekt in het kader van de dienstbetrekking. Het gaat om alle voordelen die de werkgever aan de werknemer als zodanig in welke vorm of onder welke benaming ook verstrekt. Bij de beantwoording van de vraag of een bepaalde verstrekking aan een werknemer loon vormt, is de omstandigheid dat de werkgever zelf ook baat heeft bij het doen van die verstrekking niet van belang.
Deelname aan skireis en jubileumfeest houdt verband met dienstbetrekking
Voor de rechtbank staat het vast dat deelname aan deze activiteiten alleen openstond voor werknemers van de BV en, wat betreft de skireis, aan haar gelieerde vennootschappen. De rechtbank is op basis van deze feiten en omstandigheden van oordeel dat het jubileumfeest en de skireis verstrekkingen zijn die tot het loon behoren. Deelname aan deze activiteiten was immers afhankelijk van de dienstbetrekking bij het concern waartoe de BV behoort en hield ook voor het overige nauw verband met die dienstbetrekking.
Dat deze activiteiten bijdragen aan de employer branding van de BV aan de integratie van haar werknemers en/of aan het algehele welzijn van haar werknemers en in die zin ook een commercieel voordeel voor haar kunnen opleveren doet hier niet aan af.
Maatschappelijke ontwikkelingen
Voor zover de BV van mening is dat deze uitkomst niet strookt met de maatschappelijke ontwikkelingen zoals de BV die eerder noemde, overweegt de rechtbank dat de wetgever heeft gekozen voor een ruim wettelijk loonbegrip. De wet biedt, zeker na invoering van de WKR, geen ruimte om eventueel met de door de BV bedoelde maatschappelijke ontwikkelingen rekening te houden bij de toepassing van dit loonbegrip. De rechtbank zou dan ook te veel op de stoel van de wetgever gaan zitten als zij met deze ontwikkelingen toch rekening zou houden.
De rechtbank komt tot de slotsom dat het jubileumfeest en de skireis verstrekkingen zijn die tot het loon behoren. Voor dat geval is niet in geschil dat de BV de eindheffing terecht heeft afgedragen. Voor beide partijen staat namelijk vast dat voor deze activiteiten niet een gerichte vrijstelling als bedoeld in artikel 31a, lid 2, Wet LB geldt. De BV trekt haar standpunt, dat deze activiteiten moeten worden gezien als voorzieningen die direct samenhangen met haar verplichtingen op grond van de Arbeidsomstandighedenwet, op de zitting in.
Het beroep is ongegrond en de eindheffing blijft in stand.
Bron: Accountancy Vanmorgen